De woningmarkt lijkt wat stabieler te worden, maar dit is allemaal wel zeer relatief. In het eerste kwartaal van dit jaar stegen de huizenprijzen op jaarbasis met 8,1 procent; dit is de kleinste stijging sinds het vierde kwartaal van 2016. Makelaarsvereniging NVM publiceerde de nieuwste cijfer over de eerste drie maanden van 2019.
NVM-voorzitter Ger Jaarsma zegt hierover: “De krapte op de woningmarkt houdt aan. Toch neemt de gekte verder af.” Het aantal verkopen is maar iets gedaald ten opzicht van het eerste kwartaal in 2018 en er is sprake van een stabilisatie, aldus de NVM.
De krapte op de woningmarkt is nog altijd groot, er is geen sprake van een kopersmarkt. Gemiddeld hebben huizenzoekers de keus uit 3,9 potentiële woningen. Dit is iets meer dan in het laatste kwartaal van 2018. Bij een zoektocht naar een goedkope woning stuiten mensen op de meeste problemen. In de prijsklasse tot 150.000 euro daalde het aantal verkopen met 41 procent. Veel starters en mensen met een kleiner budget hebben hierdoor nog minder keuze. Het aanbod in de hogere klasse is wel gestegen. Het aantal verkopen van 300.000 tot 750.000 euro groeide met 15 procent.
Nieuwe huizen zijn inmiddels zo duur dat minder mensen dit kunnen betalen. Hierdoor neemt het aantal verkopen af. Deze prijzen liggen gemiddeld op de 369.000 euro. Door die hoge prijzen duurt het steeds langer om genoeg voorverkoop Het duurt door deze hoge prijzen steeds langer om genoeg voorverkoop te kunnen realiseren. Pas als er genoeg voorverkoop is, kan de bouw beginnen. Volgens de NVM duurt het gemiddeld negen maanden voordat 70 procent van de woningen in een nieuwbouwproject is verkocht. De bouw begint meestal pas als de grens van 70 procent is bereikt.