De huizenprijzen blijven maar stijgen en aan de overspannen woningmarkt lijkt nog lang geen einde te komen. Toch zijn er regio’s in Nederland waar je voor slechts 40.000 euro een huis met een tuin koopt.
Voor lage huizenprijzen moet je als koper wel bereid zijn diep het platteland in te trekken: hier is weinig te merken van de woningnood. Colin Vial kocht twee jaar geleden een huis in Farmsum bij Delfzijl. “Hier heb ik een goedkoop huis kunnen kopen.” Hij betaalde hier slechts 40.000 euro voor. “Dat vind je in de stad niet voor die prijs. Ik heb nu een mooi huisje met een grote tuin en ben van plan om hier nog heel lang te blijven. Alles wat ik nodig heb is hier”, aldus Vial.
De oorzaak van de lage huizenprijzen in bepaalde regio’s is de leegloop. Steeds meer mensen willen in de grote stad wonen, waardoor andere regio’s leegstromen. Voorbeelden van deze zogenaamde krimpregio’s zijn Zeeland, de Achterhoek en Oost-Groningen. Jesper Davidse is geboren in Zeeland en besloot naar Amsterdam te verhuizen. Hij piekert er niet over om ooit terug naar Zeeland te gaan. “Veel leeftijdsgenoten komen hier met dezelfde drive en ideeën als ik. Het zijn mensen die avontuurlijker zijn, mensen die bereid zijn het nest te verlaten en die risico’s durven nemen. Ze kiezen niet voor hun veilige, vertrouwde omgeving. Je ontmoet hier veel gelijkgestemden. Dat maakt me een rijker persoon,” aldus Davidsen.
Om de leegloop tegen te gaan, doen krimpregio’s hun best om jongeren te behouden. Er zijn zelfs extra rijkssubsidies voor die gebieden. Alleen al voor de woningmarkt zou het beter zijn als de bevolking van Nederland zich zou verspreiden over het land. Toch blijft de stad de meeste mensen aantrekken, terwijl men er een vermogen betaald voor een appartement van een paar vierkante meters.