Woningeigenaren die bezwaar maken tegen de WOZ-waarde, besparen gemiddeld 272 euro op lokale lasten en inkomen. Toch maakt slechts twee procent van de 7,6 miljoen mensen met een eigen woning bezwaar tegen de WOZ-waardebeschikking die ze ontvangen. Dat blijkt uit cijfers van de Waarderingskamer.
Gemeentes die een bezwaar tegen de vastgestelde WOZ-waarde ontvangen, zijn verplicht om de WOZ-waarde inhoudelijk te beoordelen. Van alle bezwaren die worden ingediend wordt vervolgens iets meer dan de helft gehonoreerd. Toch stuurt lang niet iedere woningeigenaar die het niet eens is met de hoogte van de WOZ-waarde een bezwaarschrift. Uit een onderzoek van bureau Bezwaarmaker.nl blijkt namelijk dat ruim driekwart van de woningeigenaren die een WOZ-waarde ontvangt graag bezwaar zou willen maken.
Wanneer een bezwaar wordt gehonoreerd, besparen woningeigenaren flink op lokale lasten. Onder andere de hoogte van de OZB, waterschapslasten, het eigenwoningforfait en de inkomstenbelasting worden vastgesteld op basis van de WOZ-waarde van de woning. Hoe hoger de WOZ-waarde, hoe hoger de belastingaanslag.
Volgens de Vastelastenbond schatten steeds meer gemeentes de WOZ-waarde te hoog in. Naar verwachting stijgt de WOZ-waarde in 2018 landelijk met gemiddeld 7 procent en in de Randstad zelfs met 12 procent. De Vastelastenbond verwacht dan ook een stijging van het aantal WOZ-bezwaren.