De commissie Huizenprijzen presenteerde de afgelopen week haar bevindingen over de huizenmarkt in de periode 1995 tot 2012. Het rapport ‘Kosten Koper’ bevat enkele opmerkelijke conclusies. Niet alleen werd er tussen de regels door met een beschuldigende vinger naar de overheid en gemeenten gewezen, ook de vrijwel onbeperkte mogelijkheden om geld te lenen worden gezien als grote aanstichters van de abnormale stijging van de huizenprijzen. In 13 jaar tijd stegen de huizenprijzen maar liefst met 250%.
In de jaren 90 kon het allemaal niet op. Hypotheken ter hoogte van soms zevenmaal het jaarinkomen, aflossingsvrije hypotheken, de oh zo gunstige hypotheekrenteaftrek: wilde je een torenhoge hypotheek, dan was dat in het algemeen geen probleem. De vraag naar woningen steeg enorm. Heel opvallend was echter dat het aanbod aan koopwoningen achterbleef in die vraag. Terwijl je zou denken dat bouwontwikkelaars het werk op zouden pakken om huizen bij te bouwen. In plaats daarvan stegen de huizenprijzen meer en meer. Geen probleem, want de leencapaciteit steeg vrolijk mee. En terwijl de vraag naar huizen steeg, bleef het aanbod stilstaan. Gevolg was dat projectontwikkelaars enorme bedragen konden vragen voor de woningen. De overheid stond erbij en keek ernaar.
Degenen die het meest hebben geprofiteerd van de stijgende huizenprijzen, zijn vooral banken, hypotheekverstrekkers, woningcorporaties en gemeenten. Banken ontwikkelden steeds weer nieuwe ingenieuze producten om de consument meer geld te laten lenen. The sky is the limit. En juist daarin had de overheid eerder in moeten grijpen, zo vindt de commissie. Bijvoorbeeld door de Nationale Hypotheek Garantie te beperken, de hypotheekrenteaftrek aan te pakken of door zelf iets te doen aan de woningproductie.
De commissie, onder leiding van D66-lid Verhoeven, benadrukt in haar rapport dat de hypotheekrenteaftrek niet zozeer de oorzaak was van de ontspoorde woningmarkt, maar dat de renteaftrek natuurlijk ook niet heeft bijgedragen aan een gezonde huizenmarkt. Het is goed dat nu enigszins wordt ingegrepen, alleen is het natuurlijk veel en veel te laat. Dat de crisis een keer haar einde zal bereiken, is duidelijk. Wanneer dat zal zijn - volgend jaar of wellicht eerder - daar laat de commissie zicht niet over uit. Wel denkt de commissie dat wanneer de bodem van de woningput is bereikt, de prijzen weer voorzichtig zullen stijgen. Het belangrijkste is dat een nieuw evenwicht op de woningmarkt zal ontstaan.